Planeet aarde is ongeveer 4,6 miljard jaar geleden ontstaan door het samenklonteren van brokstukken, gruis en gassen. Door langzame afkoeling zijn de verschillende elementen in de samengeklonterde planeet zich gaan scheiden. We onderscheiden grofweg een aardkern, aardmantel, aardkorst, hydrosfeer en atmosfeer.
De kern zit op een diepte van 6370 kilometer tot 2900 kilometer. Het is daar meer dan 5000 graden Celsius en bestaat voornamelijk uit de zware elementen ijzer en nikkel. Het grootste deel van de aarde bestaat uit de mantel. Deze zit op 2900 kilometer tot ongeveer 40 kilometer diep. De buitenste laag noemen we de aardkorst. De dikte van de aardkorst varieert tussen de 5 kilometer en 70 kilometer en de samenstelling varieert sterk. Over het algemeen is de aardkorst dikker op het vaste land dan onder oceanen waar de korst dieper in de mantel ligt. De aardkorst bestaat uit verschillende platen die langzaam ten opzichte van elkaar bewegen. Die beweging wordt veroorzaakt doordat er in de aardmantel plaatselijk een stroming is van magma die opwarmt en weer afkoelt.
De afbeelding van de gesteentecyclus toont de mogelijke processen van gesteente in en op de aardkorst. Om de verschillende gesteenten uit elkaar te houden worden ze onderverdeeld in gesteentetypes: dieptegesteente, vulkanisch gesteente, metamorf gesteente, en sedimentair gesteente. In sedimentair gesteente kunnen ook fossielen of afdrukken daarvan gevonden worden.
Door transport, erosie en sedimentatie liggen in deze regio zwerfstenen als tastbare momentopnames van dit proces.
Gesteentecyclus